February 3, 2021

Indische pikirans

Stadinda

Als kleine jongen in Indonesië heb ik ook een stukje opvoeding meegekregen van onze bediendes (vroeger baboes genoemd). Regelmatig hielpen ze ons met wassen, aankleden en soms ook met eten. Ze zorgden ervoor dat we niet te ver uit de huislijke omgeving speelden. Hierbij schuwden ze het middel niet om je bang of angstig te maken. Ze waarschuwden je voor de setans (duivelspoken) , wewe gombels (heksen) enz. in de directe omgeving. Dit om er voor te zorgen dat we niet te ver uit de buurt gingen spelen en dat ze niet telkens weer een eind achter ons aan moesten lopen om op te letten. Om ons zoveel mogelijk bij onze put weg te houden waarschuwden ze voor een of andere momok (spook) die je de put introk als je te dichtbij kwam. (Vrouw Holle).
Achteraf wel een begrijpelijke jalan pikiran. (gedachtegang) van de bediendes. Hierbij gingen ze onbedoeld voorbij aan het feit dat deze gedachtegang een permanente angst voor geesten in een verder leven van een kind een rol kan spelen zoals nu bij mij nog een beetje het geval is. Om een voorbeeld te geven hoe zo’n pikiran en de gevolgen ervan bij mij in elkaar steekt ga ik terug naar de tijd van mijn verkering met Joyce mijn vrouw. Zij woonde in de Ngagel buurt in ik in Jalan Lesti nabij Jalan Musi. (Eethuis Hari2).

Als ik van mijn huis met de becak naar Joyce ging (bijna dagelijks) passeerde ik 2 mohamedaanse begraafplaatsen. Links en rechts van de weg. Het rook daar naar de kemboja bloemen, wat mij sowieso telkens een ngeri (onverklaarbaar angstig) gevoel gaf als ik er langs ging en dan moest ik ook nog terug naar huis.
Op een zaterdagavond nadat wij op een feestje waren geweest tot in de kleine uurtjes en ik Joyce eerst thuisgebracht had, moest ik naar huis alweer langs die begraafplaatsen met de Kambojalucht. Het was heel stil onderweg. Bij het naderen van die twee begraafplaatsen begon ik onrustig te worden en kon haast niet meer stil zitten en telkens keek ik om naar de becak-kerel alsof ik op elk moment wat verwachte. Dat viel natuurlijk bij de becak-kerel op en hij vroeg mij wat er toch aan de hand was. Ik vertelde hem dat ik bang was voor een mogelijke dreiging van geesten. Hij anticipeerde door te zeggen dat geesten niet meer bestaan en dat ze mensen zijn geworden en niet zo beangstigend waren. Dit stelde mij voor het moment gerust.
Gaandeweg begon ik mij af te vragen waarom hij zoiets zei. Ik voelde mij weer onrustig worden en nog ongemakkelijker voelen bij de gedachte:
Is deze becak-kerel niet een als mens levende geest zoals hij zelf aan mij vertelde. Het hield mij de rest van de rit bezig omdat het angstig stil was en hij niet meer praatte. Thuis aangekomen rekende ik af zonder hem aan te kijken en ging zo snel mogelijk naar binnen.
Nadat ik de voordeur achter mij gesloten had keek ik direct door het raam naar buiten om toch een beeld te krijgen van mijn pikirans, maar geen glimp meer van de becak-kerel. Ik ben zo snel mogelijk naar mijn kamer gegaan om te slapen maar kon geen slaap vatten. Het hield mij bezig en Ik vroeg mij steeds maar af: Hoe echt zijn deze pikirans. Met name toen ik het aan mijn koncos (vrienden) Surabayanen vertelde kreeg ik toen nog engere verhalen van ze te horen en allemaal waar gebeurd. Zou het dan toch komen door de Indische achtergrond die wij hebben?. Hier in Nederland hoor je dit soort verhalen en pikirans meestal alleen in Indische kringen.
P. Rudolph (Bewerkt op 3 febr. 2021, Photo by OVAN from Pexels)

169

0 0 votes
Article Rating
Subscribe
Notify of
guest

2 Comments
Oldest
Newest Most Voted
Inline Feedbacks
View all comments
rio

hiiii..takut..

Stadinda

🙂 There is no setan in NL , hanya (sambal) setan.

Stadhoudersring 45
2713GA Zoetermeer
Nederland.
Telefoon 079. 316.63.08
X